Tijdens de zomermaanden van 2011 reist ons gezelschap met een oldtimer tractor (uit 1955) en een zelfgebouwde houten pipowagen.
Het wordt gegarandeerd een reis naar vreemde plekken op deze aarde, niet eens zo ver weg van huis: Limburg en Zeeland.

De trage tocht met de tractor vormt de ideale setting voor de rondreizende theatervoorstelling ATAXIE.
We spelen de GRATIS voorstelling elke zaterdagavond op toevallige (en dus nog onbekende) plaatsen.

Eens de speelplek vastligt, maken we via deze reisblog bekend waar we dat weekend ”resideren”.
Meer info vindt U hieronder ergens.
U vindt ons ook op Facebook: "Attractor speelt Ataxie".


Wees méér dan welkom voor een bezoek!
En voorzie Uzelf van krukje, plooizitje, poef, strandstoel, bank, tribune, ...

Over het reisconcept

1. Het waarom-daarom van het idee.


Verschillende leden van Attractor hebben uitgebreide ervaring met het maken van langdurige wereldreizen.
Het boeiende van een reis naar de andere kant van de aardbol, is het onbekende aspect: het avontuur van nieuwe mensen te ontmoeten, vreemde culturen en gebruiken te ontdekken, intense situaties te ervaren. Meestal gebeurt dit tegen een exotische, paradijselijke achtergrond, omringd door vreemde tempels of met pikante specerijen in het eten.
Maar een langdurige reis aan de andere kant van de wereld leerde ons ook dat een reiziger een Einzelgänger kan zijn. Zijn blik is steeds naar de horizon gericht, op zoek naar iets nieuw, verder, anders. De horizon als doel maar de eenzaamheid loert net om de hoek. Het thuisland verdwijnt, familie en vrienden faden uit. Ervaringen worden enkel gedeeld met medereizigers, waarbij de ontmoeting vaak gekenmerkt is door een voorbijgaand, kort karakter.

Om langdurig te reizen, moet je je van thuis kunnen/durven losrukken. Maar waarom steeds zo ver weg willen? Wat zou er gebeuren als je dicht bij huis reist? In hetzelfde grondgebied als je moedertaal. Waar je de gebruiken kent. De waarden en normen deelt.
Beweren echte reizigers niet steeds dat de reisbestemming niet zo belangrijk is als het onderweg zijn an sich?

Daarom dus een lange trip doorheen de achtertuin van het thuisland. Dicht bij de eigen wortels, op zoek naar een exotische achtergrond op de heide of in de polders, met een oud, bakstenen kapelletje ergens verscholen in de zompige berm, met het typische streekgerecht op het bord.
Dichtbij en dus ook bereikbaar, bereikbaar en dus ook bezoekbaar: familie, vrienden en bezoekers heten meer dan welkom op onze tractor-trip. Zo worden ‘thuisblijvers’ plots een deelgenoot van onze reis. Thuisblijvers worden reisgenoten.

Ontmoetingen staan centraal. Daarom willen we ook onderweg op verschillende tijdstippen en plaatsen de theatervoorstelling ATAXIE spelen. Aanzet voor deze vertoning is een foto/verhalenproject van een vorige reiservaring. Inspiratie wordt geput uit de dynamiek van het onderweg zijn, met oog voor de verschillen en de gelijkenissen tussen het thuisland en de andere kant van de wereld.



2. Met de (At-)tractor.


Ons reisgezelschap begeeft zich en route met een oldtimer Mc Cormick-tractor uit 1955, reglementair voorzien van zwaailichten, nummerplaten en verzekering. Gezien de hoge leeftijd van het voertuig en de mechaniek uit die tijd behaalt dit stukje oud ijzer een maximum snelheid van 18 km/uur. Het voordeel hiervan is dat wijzelf nooit in de file staan, aangezien zij zich achter ons bevindt. Onthaasting is geen streven, het is bij voorbaat al een feit: snelheid is een luxe die we ons niet kunnen veroorloven.
De tractor trekt een houten woonwagen met zich mee. Tijdens de zomer van 2010 kochten we een oude werfwagen aan, die we daarna tot op het stalen chassis afbraken en op twee maanden terug opbouwden naar eigen ontwerp en smaak. Een transformatie van werfwagen naar z-werfwagen. We lieten ons hierbij inspireren door de pipowagen van Pipo, de clown. Onder het motto van “schoon scheef is ook niet lelijk” zijn bvb. de ramen atypisch geplaatst. Het resultaat is eigenzinnig en charmant tegelijk, getuige de vele reacties die we krijgen.



3. De betekenis van onderweg zijn.


Tijdens de maanden juli en augustus 2011 reizen we doorheen de grensstreek tussen België en Nederland. Het is bekend maar de facto onbemind gebied; iedereen van ons is al wel eens in Limburg en/of Zeeland geweest, maar niemand heeft er al twee maanden rond gereisd. Het is terra incognita. Onze dagelijkse taak zal ten dele bestaan uit het zoeken naar een mooie standplaats voor de nacht.

Onze tractor geldt als traag verkeer, een gemiddelde fietser steekt ons met gemak (en vaak trots lachend) voorbij. Grote afstanden zijn taboe, evenals een heuvelachtig terrein als de Ardennen. Veel langer dan 3-4 uur rijden per dag is overmoedig en overbodig. Het gaat ons om het onderweg zijn, niet om van A naar B te crossen.
Maar ook voor ons persoonlijk zijn lange ritten geen optie. We zijn niet (meer) bezeten door snelheid. Maar onze dagelijkse activiteiten versoberen en herleiden tot een rustiger tempo, staat niet gelijk aan zomaar prikkelloos aanmodderen. Dat zou van onthaasting een holle term maken. Op die manier vermijden we juist niet de geraffineerde hinderlaag.
Ons tempo vertragen betekent: ons enthousiast gooien op duizend triviale tweederangs-bezigheden. Uitgebreid ontbijten op een bankje in het park, terwijl het leven lachend aan ons voorbij wandelt en ons tegen de middag afvragen wat de rest van de dag zal brengen. Twaalf kladversies neerkrabbelen voor het postkaartje dat nog dringend deze week verstuurd moet, om uiteindelijk de eerste versie te gebruiken. Nog eens terugwandelen naar het park om te checken of er al iets gaande is. Terug lachen naar het leven dat voorbij komt gewandeld.
’s Avonds het restaurantje pas verlaten als alle streekspecialiteiten op de menukaart geproefd werden. Slapengaan op het moment dat het zomerlicht aan de hemel uitvalt.

Kortom: traagheid als een deugd ervaren, 18km/uur niet als een zonde zien maar als een zegen.